15. Zaterdag 4 juni 2022: van Gréalou naar Limogne-en- Quercy (Lot)

4 juni 2022 - Lhospitalet, Frankrijk

Zaterdag 4 juni 2022: van Gréalou naar Limogne-en- Quercy (Lot)

Zwaarte: ++   Schoonheid: ****  Afstand: 29 km.

        Françoise Sagan, alweer een oud-President en toen was er weer wijn

Na de Margeride en de Aubrac is vanaf Figeac de doorsteek van de Quercy aan de orde. Te beginnen bij de Haut Quercy, die op het kruispunt van de Lot en de Tarn-et-Garonne overgaat in de Bas Quercy. Wie Quercy zegt, zegt les causses, een oceaan van steen bestaande uit kalkachtige plateaus waar behalve wat laag struikgewas en hier en daar een magere eik of een eenzaam lavendelveldje, niets, maar dan ook niets groeit.

Hoogtekaartje 4 juni 2022

Hoogtekaartje 4 juni 2022Routekaartje 4 juni 2022Routekaartje 4 juni 2022

Van Gréalou kan ik niets anders melden dan dat het in de Lot ligt, klein is en zo’n 250 inwoners heeft. Toch is het het enige “echte” dorp tussen Béduer en Cajarc.

Door het onweer en de enorme regenbuien van vannacht Is het broeierig warm en kruipen er overal naaktslakken Ook is het bij vlagen flink soppen langs de paden van het kalkplateau. En dat terwijl kalk zo goed waterdoorlatend zou zijn… 

Op het vlakke gedeelte liggen flinke plassenKalkmuurtjes

Direct na het verlaten van Gréalou, langs het kerkhof, kom ik in het Parc Naturel des Causses du Quercy. Na een uurtje ben ik bij de Dolmen de Pech Laglaire, een megalithisch bouwwerk, dat we in Nederland kennen als hunebed. Het valt een beetje (erg?) tegen. Ik krijg er maar eentje te zien, maar er zijn zo’n 250 grotere en kleinere dolmen in het departement de Lot. Ze zijn een bewijs van een heel vroege bewoning van het gebied.

Dolmen bij GréalouGrotwoning

De eerste wijngaarden komen in beeld. Na 20 jaar zoeken bleek met nieuwe wijnstokken uit Amerika het luizenprobleem gelukkig opgelost te zijn!

De wijnroute

Ik trotseer nog enkele stevige klimmetjes om uiteindelijk te wandelen langs de falaise (de klif) die Cajarc en de vallei van de Lot markeert. Cajarc is strategisch gelegen aan de rivier de Lot en al eeuwen bewoond en was zelfs al bekend in de Romeinse periode. De ligging was dan ook ideaal: op een rotsachtige hoge punt in een grote meander van de Lot. In de  honderdjarige oorlog zijn in de omgeving veel plaatsen vernietigd, maar Cajarc met zijn imposante verdedigingswerken werd nooit door de Engelse strijdkrachten bezet. Die Engelsen vernietigden overigens wel in 1356 de oude stenen brug over de Lot. 

Cajarc

Tegenwoordig is Cajarc het centrum van de saffraan-kweek in de Quercy. (Safffraan is een specerij die gewonnen wordt uit de saffraankrokus.)

Cajarc is het centrum van de saffraan-kweek

Georges Pompidou (Franse president van 1969-1974) heeft nog een tijdje in Cajarc gewoond. Als gevolg daarvan heet een restaurant hier nu nog steeds Le Président. En is er een dependance museum van het Centre Pompidou uit Parijs, met regelmatig tentoonstellingen van moderne kunst. Helaas was de ene expositie net afgelopen en de volgende nog in de maak.

Le Président

Een andere prominente inwoner van Cajarc was de schrijfster Françoise Sagan (1935-2004) die hier ook geboren is. Een passende uitspraak van Sagan in relatie tot mijn tocht:  “Mon passe-temps favori, c’est laisser passer le temps, avoir du temps, prendre son temps, perdre son temps, vivre à contre temps.” (Mijn favoriete tijdverdrijf is de tijd laten voorbij laten gaan, tijd hebben, je tijd nemen, je tijd verspillen, in de tijd leven.)

De 14e eeuwse brug bij Cajarc

Ik verlaat Cajarc langs de veertiende eeuwse brug over de Lot en moet daarna flink klimmen om uit de vallei te komen. Ik ga op weg naar de piepkleine buurtschap Gaillac, waar de GR65 afbuigt en via een prachtig veldpad, later overgaand in een bospad met eiken en kastanjebomen, steil stijgt naar de Causse de Limogne, een van de causses die zich uitstrekken tot voorbij Cahors. Het is een compleet ander landschap maar nog steeds onbewoond. Het is echter een prachtige omgeving voor natuurliefhebbers en wandelaars. Ik tref het dus! 

En de zolen waren nog prima! 

Route-aanduiding met vrolijke steen

Vrolijke muur 2Ze klingelden dat het een lieve lust was

Onderweg zie ik ook enkele gariottes of cazelles (de benaming is afhankelijk van het gebied). Min of meer ronde bouwwerkjes met kegelvormig dak, helemaal opgebouwd van gestapelde stenen die als schuilplaatsen dienden voor de herders van weleer. Helaas worden ze niet of heel zelden onderhouden en dus zijn er nog maar enkele te vinden in het landschap. Ze moeten plaatsmaken voor de tractor van de boer en voor andere landbouwmachines. Een ingestorte gariotte geeft de boer letterlijk en figuurlijk meer bewegingsruimte. In de vaart der volkeren gaat wel meer verloren. Dit geldt overigens ook voor de dolmen; niet alle dolmen zijn namelijk beschermd!

Bij ons kabouterhuisjes, hier kleine cazellesEen mooie cazelle

De Causses zijn een groep kalkplateaus, gelegen op een hoogte tussen 700 en 1200 meter, in het Centraal Massief. Ze zijn gevormd tijdens de Jura, 150 miljoen jaar geleden, uit kalkskeletjes van zeediertjes zoals ammonieten. Door de tijden heen werd dit een dikke laag die gedeeltelijk het gebied ten zuiden en westen van het Centraal Massief bedekt. Het is een grillig landschap, doorsneden door rivieren als de Tarn, de Lot en de Dordogne, waarbij spectaculaire diepe dalen, de gorges (canyons), gevormd werden in de breuklijnen van het landschap. De kalklagen zijn makkelijk oplosbaar waardoor de bodem een soort harde spons is met overal diepe gaten en grotten. Water zakt door de kalk weg en komt als ondergrondse stroom bij de gorges naar buiten. In deze grotten zijn veel overblijfselen van bewoning in de prehistorie gevonden. 

De hoogten zijn begroeid met wilde steeneiken die krom en klein blijven. Er tussendoor zie je de groen blijvende buxusstruiken, jeneverbessen, gaspeldoorn en andere doornstruiken. Hierdoor ontstond een bijna ondoordringbaar struikgewas wat de Fransen de maquis noemen en in de tweede wereldoorlog diende als schuilplaats voor de Résistance (het verzet) die een guerrilla voerde.

De Causses in de Quercy zoals van Limogne en Quercy Blanc zijn minder hoog; ze liggen op ongeveer 300 m. De kalkplateaus zijn dun bevolkt met weinig mogelijkheden tot landbouw. Een specialiteit is de truffel, een onderaardse paddenstoel die in de winter m.b.v. varkens of hondjes gezocht wordt onder de eiken die hier groeien.  Bekend zijn hier ook de schimmelkaasjes die rijpen in de kalkgrotten zoals Roquefort (schapen) en Bleu des Causses (koeien).

Leuk weetje: Karel de Grote (Charlemagne) at 1200 jaar geleden al Roquefort en sneed de schimmel weg, tot hij erop gewezen werd dat dit nou net het lekkerst was. Hierna werden jaarlijks met kerst twee complete Roquefort kazen naar Aachen verstuurd!

Er volgt een rustige wandeling. Goed te lopen met nauwelijks hoogteverschillen en weer veel paden geflankeerd door stokoude karakteristieke stapelstenen muurtjes. Ze zijn rijk begroeid met mossen, varentjes en opvallende plantjes. Hagedisjes ritselen weg zodra ik dichterbij kom.

Gîte Mas de Jantille

Bij gîte Mas de Jantille stap ik het terrein op om even een lekkere koude Orangina te drinken. Ik ontmoet er Käte en we drinken en praten wat. Zij is bij haar eigen voordeur in Saarbrücken begonnen te lopen en is dus al een tijdje onderweg. En wie veel reist, kan veel verhalen…

Er komt toevallig nog een Duitser langs. Hij is deze tocht samen met zijn vrouw gestart, maar al na tien dagen kon zij het niet meer aan om steeds in een groep te moeten zijn (slapen op een slaapzaal, met elkaar op een terrasje borrelen, de gezamenlijke maaltijden…) en is zij uiteindelijk naar huis gegaan. En dan ontmoet ik iets verder ook nog de Franse Veronique, die het verdriet om haar overleden dochter wil weglopen, of in ieder geval kleiner wil maken. Het lijkt haar te lukken, want we zijn met veel mensen op Le Chemin en veel praten geeft lucht aan je gemoed. Hoe goed het vuur ook is verborgen, de rook moet er toch uit. 

Pauzeplek bij Le CoustalPauzeplek

Het is in dit dicht begroeide landschap lekker lopen, hoewel het voor sommigen best bedrukkend zou kunnen zijn. Op de hoge punten zorgen open plekken zo nu en dan voor een uitzicht op de verre omgeving. Het ziet er verlaten en een beetje woest uit. Maar aan alles komt een eind en ik kom uit het dichtbegroeide landschap aan in Limogne-en-Quercy. Een klein en weinig inspirerend dorp.

Eigenlijk wel lekker rustig om nu met de auto naar ons (volgende) huisje te gaan. Ik ben benieuwd wat ik voor de komende week gereserveerd heb.

Foto’s